Freddie geniet in Hot Space
2013-32 Vroeger zei ik vaak ' later als ik groot ben dan wil ik de zanger van Queen worden'. Om mij goed voor te bereiden oefende ik op mijn slaapkamer. Dat ging als volgt: mijn moeder had een droogkap. Dit soort kappen worden nu nog steeds in kapsalons gebruikt. De droogkap staat op een standaard die je naar eigen wens omhoog en omlaag kunt draaien. Ik haalde de droogkap hiervan af en gebuikte, net als Freddie, alleen het bovenste deel van de standaard als microfoonstandaard. Daar plakte ik dan een zelf gemaakte microfoon op. Om het af te maken deed ik een pyamajasje op mijn hoofd zodat ik ook lang haar had. Bij de mama mia's en galileo's (in Bohemian rhapsody) zwiepte 'mijn lange haar' alle kanten op.
Ik moest hier weer aan denken toen recentelijk de documentaire The Great Pretender van Freddie Mercury op tv werd uitgezonden. Wat me in deze docu opviel was het negativisme over het Queen album Hot Space uit 1982. Nota bene de enige elpee die ik van Queen heb. De bandleden Roger Taylor (drums) en Brian May (gitaar) zijn hierover zeer uitgesproken. Hot Space betekende volgens hen bijna het einde van Queen. Hiervoor waren diverse redenen te benoemen: het album werd opgenomen op een geestdodende locatie: een kelder van een flatgebouw in Munchen. Het adagium sex, drugs & rock 'n' roll paste de bandleden in die tijd als een keurslijf en dat werkte redelijk contra-productief. Verder had Mercury een personal assistant die de andere bandleden wel konden schieten. Maar de belangrijkste demotivator was de muzikale richting die Queen insloeg. Ingegeven door het succes van Another one bites the dust in Amerika koos men voor een mengvorm van rock/dance/zwarte funk. Het laatste argument vind ik bijzonder omdat alle bandleden muzikaal hebben bijgedragen aan deze plaat.
Volgens mij is Hot Space met name onbegrepen. De experimenteerdrift werd niet door het grote publiek gewaardeerd. Ik heb de plaat afgelopen week diverse keren beluisterd en vind het (nog steeds) een prima album met een aantal hele catchy songs (Cool cat, Dancer, Staying power en Back chat). Er staan drie hits op (Body language, Under pressure en Las palabras de amor) en een prachtige ode aan de vermoorde John Lennon: Life is real. En er wordt ook nog wel degelijk gerockt (Put out the fire). Overigens was Freddie destijds heel laconiek over de algemene opinie: 'het is maar een album'. De man wilde zoveel mogelijk uit het leven halen en daar paste dit muzikale uitstapje ook bij. Niet te moeilijk over doen was zijn credo. Zo'n reactie vind ik dan wel weer mooi: de automatische piloot kwam niet voor in zijn woordenboek.
Op 24 november 1991 overleed Mercury; zijn dood heeft veel indruk op mij gemaakt. Ik heb destijds een in memoriam geschreven in het personeelsblad van mijn werk. De titel daarvan was 'Life is real' (alleen om deze song is Hot Space al een waardevol document). Ik wil hieruit een passage aanhalen om aan te geven wat Freddie/Queen voor mij heeft betekend: 'pas na enkele dagen realiseerde ik me wat er werkelijk was gebeurd. De groep Queen is een deel van mijn jeugd geweest en met het overlijden van Freddie is er een deel van mijn jeugd gestorven. In heb een traan gelaten'.
Op de plek waar Queen een eigen opnamestudio had, in Montreux, voelde Mercury zich thuis. Aan het meer van Genève staat nu een standbeeld van hem met het allesduidende onderschrift: lover of life, singer of songs. Zo'n man is niet vervangbaar; daarom heb ik uiteindelijk maar afgezien van de ontstane vacature.