168: (Z)Iggy Pop
Opeens komt Iggy Pop (James Newell Osterberg Jr, 21-04-1947) mijn muziekwereld binnenwandelen. Nieuwe plaat, nieuwe concerttour, nieuw samenwerkingsverband. Iedereen heeft het opeens over Iggy Pop. Hype of niet; ik ben wat in zijn muzikale verleden gaan grasduinen.
Mijn eerste kennismaking met Pop is de palmboomverslindende, over de vloer kronkelende, zijn blote bovenlichaam showende poseur die zijn single Lust for Life komt playbacken in Toppop. Ad Visser zal hem er dankbaar voor zijn geweest. Mede door dit optreden, en natuurlijk door de dansende Penny de Jager, heeft Toppop uiteindelijk een iconische waarde aangenomen. Iggy Pop dook daarna voor mij de vergetelheid in; af en toe kwam er nog eens een aardige single voorbij (Real Wild Child en Candy) maar dat was het wel zo'n beetje.
Voor Lust for Life (1977) heeft Pop er al een muzikaal leven opzitten met de protopunkband Iggy & The Stooges. De primitieve stijl en de agressieve houding van deze band (opgericht in 1967) is niet mijn cup of tea. In deze tijd ontmoet hij David Bowie, iemand die ontzettend belangrijk is voor de rest van zijn carrière, of sterker nog, voor de rest van zijn leven. Iggy Pop heeft wellicht model gestaan voor het conceptalbum Ziggy Stardust (over een buitenaardse rockzanger) van Bowie. De naam (Z)Iggy verwijst er in ieder geval naar.
Beiden zijn midjaren zeventig volledig gedrogeerd en de vrienden - want dat zijn ze ondertussen geworden - besluiten naar Berlijn te gaan. Naast de bekende Berlijntrilogie die Bowie zelf opneemt (Low, Heroes en Lodger) drukt hij ook nog eens een alles overheersende stempel op de albums The Idiot en Lust for Life (die allebei in 1977 uitkomen!) van Iggy Pop. De creativiteit spatte werkelijk van de mannen af. Op The Idiot hoor ik het Station to Station ritme, terwijl op Lust for Life de drumsound vergelijkbaar is met Low. In de lange loopbaan van Iggy Pop zijn dit wel de twee meest memorabele albums die hij heeft uitgebracht.
Het is ook zijn levensverzekering gebleken. In de jaren tachtig zat Iggy Pop financieel gezien volledig aan de grond. Het verhaal gaat dat Bowie covers op nam van China Girl (van The Idiot) en Tonight (van Lust for Life) om Pop er financieel weer bovenop te helpen. Het meest verkochte album van Grace Jones is Nightclubbing. Ook deze titeltrack is afkomstig van The Idiot. Een ander luguber feit: ten tijde van de zelfmoord van Ian Curtus (zanger van Joy Division) draaide hij The Idiot op zijn platenspeler.
En nu is er dan een nieuw album: Post Pop Depression. Iggy is een samenwerkingsverband aangegaan met Josh Homme. Belangrijkste wapenfeit van Homme is Queens of the Stone Age (QOTSA). Ook Matt Helders, drummer van Arctic Monkeys, is van de partij. De typische QOTSA geluid, de pompende basgitaar, het stacato gitaarspel, het is er allemaal. De cirkel lijkt rond voor Iggy Pop. Gardenia is een rechtstreekse hommage aan David Bowie. Af en toe lijkt het alsof je Bowie zelf hoort. German Days kan worden gezien als een terugblik op de tijd dat Pop zijn finest hours met Bowie beleefde in Berlijn.
Een vriendschap die werd bezegeld met twee platen waar wij Iggy Pop altijd om zullen blijven herinneren.