De evolutie van een passie

30-03-2014 09:38

2014-13 Het nieuwe wielerseizoen is al weer diverse weken aan de gang. De eerste echte klassieker, Milaan-San Remo, zit er op. De Vlaamse ééndagskoersen met al hun heroïek staan voor de deur. Toch beleef ik het dit jaar anders dan andere jaren.

Normaal gesproken had ik nu toch zeker 1.000 km weggetrapt; vrat ik alle wielerinformatie die voorbij kwam en had mijn doelen voor het seizoen geformuleerd. Nu zit ik op precies nul kilometer, lees de wielertijdschriften nog maar zijdelings en heb geen fietsdoel. Sinds augustus vorig jaar heb ik de racefiets niet meer aangeraakt. En dat allemaal door een hardnekkige blaasontsteking. En naar blijkt een vergrote prostaat. Het gevoel daarbij is dubbel. Enerzijds prikkelt het wanneer ik een groep fietsers voorbij zie komen, er gesproken wordt over een fietsweekend in Limburg of wanneer ik de beelden op tv voorbij zie komen. Anderzijds loop ik bijna dagelijks langs mijn Cervelo's maar de aandrang is er dan niet om mijn wielertenue aan te trekken om een rondje Snekermeer te fietsen. Ik heb blijkbaar toch koudwatervrees. Gezondheid is een groot goed.

En zo lijkt het dus dat er erosie zit op mijn fietspassie. Dat had ik vorig jaar om deze tijd ook niet voorzien. Maar het accepteren en relativeren hiervan lijkt me redelijk gemakkelijk af te gaan. Ik neem wat meer afstand. Het bijna kinderlijk enthousiasme voor een ritwinnaar neemt af; ik zoek het liever in de verdieping. Wat gebeurt er in de koers; wat is het verhaal achter de wielrenner, wat doen de kasseien van Parijs-Roubaix met een fiets. Wilfried de Jong kan hier prachtige reportages over maken. Het wordt wel vaker gezegd: belangrijker dan het eindresultaat is de route die wordt afgelegd.     

Maar ook weer niet teveel afstand: ik kan er slecht tegen wanneer ik de heer Smeets hoor roepen dat we het niet erg mogen vinden dat in de Omloop Het Nieuwsblad Lars Boom uit de kopgroep wegvalt. Nee, volgens hem is het erg dat de kindjes in Afrika niet te eten hebben. En dat is ook vreselijk maar waarom zit ik naar een wielerwedstrijd te kijken wanneer ik daar niet primair op zou mogen reageren? Sport is emotie en die mag je dan wat mij betreft zeker tonen.  

Ik zie mezelf een dezer dagen de racefiets wel weer pakken; zeker wanneer zon en temperatuur zo lekker meewerken. Want ik moet natuurlijk wel mijn energie kwijt. Het is nodig ook, je gelooft het of niet maar sinds ik niet meer fiets is er een ontzettend irritant buikje aan het ontstaan. 

Mijn passie voor fietsen is zich aan het evolueren. Ik zal altijd een liefhebber blijven maar passie is zeker op dit moment een te groot woord. Maar niet getreurd, want wat altijd zal blijven is de muziek. Elke dag voel ik het weer: Music is my first love and it will be my last!